In gesprek met Hans de Vrij: “De sessies wet- en regelgeving zie ik als cadeautjes”

In gesprek met Hans de Vrij: “De sessies wet- en regelgeving zie ik als cadeautjes”

In een gesprek met Sertum deelt Hans de Vrij zijn ervaringen als Erkend Onderhoudskundig Inspecteur en BOEI-adviseur.

“Voor mij draait het om verbinding tussen regelgeving en praktijk”.
Hans de Vrij, werkzaam bij architecten- en ingenieursadviesbureau Sweco, is sinds 2012 geregistreerd als Erkend Onderhoudskundig Inspecteur en BOEI-adviseur bij Sertum. Met meer dan 25 jaar ervaring in het vakgebied heeft hij een indrukwekkend traject afgelegd, variërend van inspecties van historische monumenten tot complexe renovatieprojecten. In dit interview deelt hij zijn passie voor het vak, de evolutie van zijn rol en zijn visie op de toekomst.

Hoe ben je in het vakgebied van vastgoedonderhoud terechtgekomen?
Na zijn bouwkundige studie begon Hans zijn carrière bij het toenmalige Grontmij in de mobiele telefonie, waar hij werkte aan GSM-locaties. Zijn affiniteit met bestaand vastgoed leidde hem naar renovatie en onderhoud, waar hij al sinds 2007 actief is als NEN 2767 inspecteur. “Ik ontdekte dat mijn hart ligt bij het behouden en onderhouden van gebouwen. Vooral monumenten bieden een unieke uitdaging vanwege hun historische en technische complexiteit,” zegt Hans. Een van zijn meest memorabele projecten is Slot Loevestein, waar hij pionierde met drone-inspecties om oudere en nieuwere bouwonderdelen in kaart te brengen.

Wat betekent de registratie bij Sertum voor jou?
Voor Hans is zijn registratie meer dan een formeel bewijs van zijn vaardigheden. “Het bevestigt mijn kennisniveau en biedt een waardevol netwerk,” legt hij uit. Hij waardeert vooral de bijeenkomsten over wet- en regelgeving. “Die sessies zie ik als cadeautjes. Je wordt bijgepraat over actuele ontwikkelingen én leert van collega’s met diverse achtergronden.”

Hoe zie jij de rol van onderhoudskundige inspecteur in de toekomst?
Hans voorziet een tweesporen ontwikkeling in zijn vakgebied: een operationeel niveau gericht op de instandhouding van modernere gebouwen en een strategisch niveau gericht op renovatie en verduurzaming. “De onderhoudskundige zal steeds meer een adviserende rol vervullen, vooral bij grote renovatieprojecten,” voorspelt hij. Hij pleit ook voor een nauwere samenwerking tussen disciplines om bouwkundige en technische oplossingen beter op elkaar af te stemmen. Zeker op het punt van duurzaamheid en compliance.

Welke tip wil je meegeven aan professionals die registratie overwegen?
Hans moedigt professionals aan om de registratie te overwegen. “Het biedt erkenning voor je vaardigheden en zorgt ervoor dat je kennis actueel blijft dankzij permanente educatie. Het Sertum netwerk, kan van onschatbare waarde zijn.” Met zijn expertise en toewijding is Hans een waardevolle wegwijzer in de wereld van vastgoedonderhoud en monumentenbeheer. Zijn credo om regelgeving te vertalen naar praktische oplossingen inspireert collega’s en klanten om gebouwen niet alleen te behouden, maar ook te verbeteren.

Lees verder

In gesprek met Jamie van Lieshout, de 100e gecertificeerde BOEI-inspecteur

In een gesprek met Sertum deelt Jamie van Lieshout zijn ervaringen als de 100e gecertificeerde BOEI-inspecteur

In een gesprek met Sertum deelt Jamie van Lieshout zijn ervaringen als de 100e gecertificeerde BOEI-inspecteur. In dit gesprek vertelt hij over zijn motivatie, de uitdagingen tijdens zijn certificeringstraject, en zijn visie op de rol van de BOEI-inspecteur.

Hoe ben je in aanraking gekomen met BOEI-certificering, en wat motiveerde je om dit traject te doorlopen?
Jamie: “Ik kwam met BOEI-certificering in aanraking tijdens mijn werk voor een ander bedrijf dat onderhoud uitvoerde voor het Rijksvastgoedbedrijf (RVB). Daar merkte ik dat sommige apparatuur vervangen moest worden, terwijl het vanuit technisch oogpunt nog prima functioneerde. Dat riep bij mij vragen op. Waarom moest goed werkende apparatuur toch vervangen worden? Vanuit die interesse ben ik me gaan verdiepen in de achtergrond en regelgeving achter zulke beslissingen. Ik wilde begrijpen waarom die keuzes gemaakt worden, en dat heeft me gemotiveerd om het BOEI-certificeringstraject te volgen.”

Heeft deze keuze je nieuwe inzichten gegeven?
Jamie: “Ja, zeker. In eerste instantie was het vooral om meer achtergrondinformatie te krijgen, maar nu zie ik ook de toegevoegde waarde van de methodiek en hoe de output van een inspectie uiteindelijk wordt gebruikt. Dit helpt me om een breder perspectief te hebben, niet alleen vanuit het technische aspect, maar ook in de context van regelgeving en duurzaamheid.”

Welke specifieke uitdagingen kwam je tegen tijdens het praktijkexamen?
Jamie: “Wat me vooral opviel was dat er veel aspecten zijn waar je op moet letten, en een kleine fout kan zich makkelijk door het hele inspectietraject herhalen. Als het gaat om installaties kijk en toets je alles theoretisch, zonder apparaten fysiek te kunnen testen. Het draait dan echt om een visuele inspectie en theorie.”

Merk je in de praktijk dat er veel vraag is naar de BOEI-certificering, naast bijvoorbeeld de NEN 2767?
Jamie: “In de praktijk merk ik dat het vooral het Rijksvastgoedbedrijf is dat expliciet vraagt om de BOEI-certificering. Andere opdrachtgevers vragen er minder naar en in het reguliere vastgoed wordt de NEN 2767-methodiek vaker gehanteerd. BOEI biedt wel een breder perspectief, bijvoorbeeld door ook te kijken naar brandveiligheid en (,) energiezuinigheid en wet- en regelgeving.”

Sertum toevoeging: Naast de gecertificeerde BOEI-inspecteurs hebben opdrachtgevers ook de optie om met een Erkend Maatlat Inspecteur te werken. Deze inspecteurs zijn ook bekend met de BOEI-methodiek.

Wat betekent het voor jou om de 100e gecertificeerde BOEI-inspecteur te zijn?
Jamie: “Ik was eigenlijk verrast dat er zo weinig gecertificeerde BOEI-inspecteurs zijn, vooral gezien hoe lang de methodiek al bestaat. Ik heb handboeken uit 2012 gezien, en het is bijzonder dat ik als 100e geregistreerde dit certificaat mag dragen.”

Sertum toevoeging: Hoewel Jamie de 100e gecertificeerde BOEI-inspecteur is, zijn er daarnaast ook ruim 200 niet-gecertificeerde BOEI-inspecteurs, beter bekend als Erkend Maatlat Inspecteurs.

Hoe blijf je jouw certificering onderhouden en up-to-date?
Jamie: “Om mijn certificering te behouden, volg ik Permanente Educatie (PE). Sinds kort volg ik ook de halfjaarlijkse updatesessies die Sertum aanbiedt. Hier komen actuele thema’s aan bod, zoals verduurzaming en relevante wet- en regelgeving. Ik merk wel dat onderwerpen zoals innovatie mij meer aanspreken dan regelgeving, omdat je met innovatie vaak nieuwe mogelijkheden ontdekt en er concreet mee aan de slag kunt. Wetgeving is belangrijk, maar voelt soms wat taai.”

Wat zou je willen meegeven aan anderen die overwegen dit certificeringstraject te volgen?
Jamie: “Als je kiest voor BOEI-certificering, krijg je een completer beeld, dan wanneer je alleen de NEN 2767-methodiek toepast. BOEI richt zich niet alleen op de technische staat, maar ook op aspecten zoals brandveiligheid, energiezuinigheid, en wet- en regelgeving. Voor iedereen die verder wil kijken dan enkel de staat van onderhoud, biedt BOEI waardevolle inzichten. Daarom raad ik het aan als je die diepgang zoekt in inspecties.”

Lees verder